Paprika: stap vooruit in fossielvrije teelt
Geplaatst op 09 november 2023
Door de hoge isolatie van de kas met gebruik van drie doeken en actieve ontvochtiging met warmte terugwinning is de energie-input erg laag geweest. Vanaf week 12 t/m week 41 is de kasverwarming volledig ingevuld met de terugwonnen warmte van de actieve ontvochtiging. De ontvochtiging heeft vooral in de nacht en vroege ochtend gedraaid bij gesloten doeken ramen. Het systeem is ingezet om het klimaat, en specifiek de luchtvochtigheid, onder gesloten doeken en ramen optimaal te sturen voor het gewas. Na zon onder mocht de kas afkoelen. Hier is de ontvochtiging ook ingezet door de naverwarming van het systeem terug te schakelen. t/m week 41 zijn er 16.3 m³/m² gasequivalenten gebruikt voor de teelt. 12.1 m³/m² voor buiswarmte en 4.2 m³/m² voor het ontvochtigingssysteem. Daarbij is er 16.9 m³/m² aan gasequivalenten geoogst. Het netto energiegebruik in week 12 was 5.5m³/m². Dit kon dus niet ingevuld worden door de warmteterugwinning (zonder langetermijnopslag).
Vitaliteit
Opvallend was ook de vitaliteit van het gewas en het lage uitvalspercentage. Op de proef van 1000m² zijn slechts drie planten uitgevallen. Ook is het gewas nog opvallend groen in de laatste weken van de teelt (ook onderin het gewas) en de wortelkwaliteit is over de hele teelt goed. Deze goede gewaskwaliteit brengt vragen naar boven over de rol van het kasklimaat in relatie tot de gewasgezondheid. Middels de inzet van ontvochtiging wordt het gewas meer gestimuleerd om te verdampen en zouden mogelijk ook minder kritische momenten in de substraat zijn (bijvoorbeeld te nat). Op basis van deze proef kunnen we hier geen conclusies aan verbinden, maar feit blijft dat er met weinig energie een gezond en productief gewas is gerealiseerd. In een toekomstig weerbaar teeltconcept zal ook klimaat een belangrijke rol spelen, waarover nu nog veel onbekendheden zijn.
Plaagdruk
De plaagdruk is ook laag geweest. De ramen waren afgegaasd om luis buiten te houden. Dit is tot het eind van de zomer gelukt. Ondanks dat de luizen zich snel door de kas verspreiden, bleef het aantal luizen per plant laag waardoor er geen problemen zijn geweest met honingdauw. Bij de start van de teelt is er P14 (lieveheersbeestje) uitgezet in combinatie met bankerplanten en deze is teruggevonden bij de luizen. Ook is er gewerkt met sluipwespen en galmuggen. Vooral van de sluipwespen is veel activiteit gezien. Om geen risico te nemen is er wel chemisch ingegrepen.
Zoals gezegd hangen de laatste vruchten nog aan de plant maar met een opbrengst van tot nu toe 31 kg/m², een planting halverwege januari en een lage energie-input. Deze proef biedt daarom veel aanknopingspunten voor verdere energiebesparing in de paprikateelt.
Het project wordt uitgevoerd door Delphy Improvement Centre en is gefinancierd door het programma Kas als Energiebron, het innovatie- en actieprogramma vanuit het ministerie LNV en Glastuinbouw Nederland. Daarnaast leveren de gewascoöperatie paprika, Rijk Zwaan, de Ruiter Syngenta, Cultilene en Ludvig Svensson een bijdrage.
Voor vragen kunt u terecht bij Bas Oudshoorn, onderzoeker bij Delphy Improvement Centre.
Bron: Kas als Energiebron
Meer nieuws